ZenActueel:
Iedere dag inspiratie voor een zenvol leven
Psychologische flexibiliteit en zen (1)
Yvonne Visser /
Zen.nl Amersfoort /
Zen.nl Leusden
Veel zaken hebben invloed op onze psychologische flexibiliteit en mediteren is daar één van. Psychologische flexibiliteit is het thema waar Yvonne zich al jaren in verdiept. Het was het thema van de
sesshin afgelopen voorjaar en dit najaar verzorgt ze over ditzelfde onderwerp een eendaagse workshop. In dit eerste artikel van een reeks staat de opbouw en werking van het brein centraal.
Drie breinen
Ons brein bestaat uit drie delen: het reptielenbrein, het zoogdierbrein en het mensenbrein. Evolutionair is het reptielenbrein het oudste deel. Dit deel kunnen we nauwelijks bewust aansturen, het functioneert autonoom. In het reptielenbrein worden alle functies geregeld die een pasgeboren baby ook tot zijn beschikking heeft: onder andere hartfrequentie, ademtempo en diepte, bloeddruk, spierspanning en lichaamstemperatuur. De vaguszenuw is de centrale snelweg die het reptielenbrein met onze organen verbindt.
Iets jonger is het zoogdierbrein, waar het signaleren van gevaar of dreiging, ons emotionele geheugen en onze gevoelens en emoties worden geregeld. De amygdala of amandelkern die in het zoogdierbrein gelegen is, werkt als een alarmknop. Daar worden prikkels die voor de overleving bedreigend of gevaarlijk zijn gesignaleerd en onmiddellijk doorgegeven aan het reptielenbrein. Via de snelle vaguszenuw wordt het lichaam vervolgens klaargemaakt voor actie; vluchten, vechten of verstarren. In het schakelstation, de thalamus, wordt ruwe informatie van de zintuigen samengebracht en ontstaat een eerste besef van ‘Aha, dit is wat er met me gebeurt’. De thalamus regelt de mate van alertheid en de selectieve aandacht voor bepaalde prikkels. Vervolgens geeft de thalamus de signalen door naar centra die gespecialiseerd zijn in zien, horen en voelen, naar het geheugen en naar de hersenschors en de voorhoofdskwab in het mensenbrein. Het emotionele geheugen zorgt voor snelle emotionele reacties, bijvoorbeeld gevoelens van angst, opwinding en agressie. Alle zintuigelijke prikkels die binnenkomen worden bij elkaar gebracht en vergeleken met opgeslagen informatie, waardoor een beeld wordt gevormd van de situatie.
Deze informatie wordt vervolgens doorgestuurd naar het mensenbrein, dat voornamelijk bestaat uit de grote voorhoofdskwab en dat evolutionair veel nieuwer is. In de voorhoofdskwab ontstaat overzicht over de situatie en kan die worden geanalyseerd. Er kunnen ideeën gevormd worden over een reactie en die kan worden ingeschat op werkzaamheid, waarna een keuze gemaakt wordt wat te doen.
Top-down werkt niet
Het is belangrijk je te realiseren dat tegen de tijd dat je bewust hebt begrepen wat er aan de hand is en hebt bedacht wat je gaat doen, je reptielenbrein en de vaguszenuw er al lang voor gezorgd hebben dat je lichaam in een verhoogde staat van paraatheid is gebracht. Het harde geluid wat je hoorde laat je schrikken en meteen voel je je hart sneller bonzen, spannen je spieren zich aan, zit je adem hoog en adem je snel en is je bloeddruk gestegen. Even daarna pas realiseer je je dat de zendoleider een
katsu (een harde schreeuw) heeft gegeven en heeft je mensenbrein vastgesteld dat er geen gevaar dreigt en dat je hier niet op hoeft te reageren. Je checkt nog even of er echt niets aan de hand is door zo onopvallend mogelijk rond te kijken en probeert dan je adem weer wat te verdiepen en te vertragen en je bonzende hart tot rust te brengen. Blijkbaar geeft je mensenbrein niet vanzelf de signalen af naar je reptielenbrein om de zaak weer tot rust te brengen en is er alleen een mechanisme om je lichaam klaar te maken voor actie, namelijk de stress-respons door vooral adrenaline. We beschikken niet over een stofje dat door ons denkende mensenbrein naar beneden kan worden gestuurd om ons lichaam weer te kalmeren. Je kan jezelf niet rustig denken, top-down werkt niet.
Overleven of leven
Ons systeem is zo opgebouwd, dat er zo goed mogelijk voor gezorgd wordt dat we dreiging en gevaar overleven. Een sprekend voorbeeld hiervan is de hierboven beschreven route die zintuigelijke informatie aflegt, waarbij de overlevingsreactie van het reptielenbrein altijd voorrang heeft op het mensenbrein dat na kan denken over de situatie en de meest passende reactie. Informatie van de reuk komt niet eens door de thalamus, het schakelstation, maar gaat rechtstreeks naar het reukcentrum, zodat zonder omwegen kan worden gereageerd op eventueel gevaar. Alles wordt in het werk gesteld om ons te behoeden voor bedreiging, dat gaat razendsnel en onbewust.
Nu zou je tot de conclusie kunnen komen dat we niet gemaakt zijn om te ontspannen en te genieten van het leven. In tegendeel! Als de alarmknop, de amygdala, niet wordt geactiveerd verkeren we in onze 'natuurlijke' staat. Dat is een heel open en ontvankelijke staat, maar ook een heel ontspannen toestand. Het is de fysieke en psychologische toestand die in zen vaak metaforisch wordt beschreven met de lege, open hand; vol vertrouwen je beschikbaar kunnen stellen voor het leven.
Het gaat er dus niet zozeer om om je systeem te ontspannen, het is vooral zaak je systeem minder prikkelbaar, minder ‘jumpy’ te laten zijn, zodat je vaker in een niet geactiveerde toestand verkeert.
Bottom-up is de weg
Hoe maak je je systeem nu stabieler en minder verkrampt? Voor de meesten zal het antwoord niet als een verrassing komen: twee keer twintig minuten per dag mediteren. Tijdens het mediteren zit je rechtop en adem je diep en langzaam door. Deze houding en de diepe rustige ademhaling zijn de lichamelijke signalen die van beneden naar boven gaan, naar je reptielenbrein en je zoogdierbrein, en de regelstations daar laten weten dat alles in orde is. Daardoor wordt ook de hartslag rustiger, daalt de bloeddruk naar gezondere waarden en ontspannen ook de onwillekeurige spieren door je hele lichaam. We worden minder verkrampt. Bovendien oefenen we ons om onze aandacht open te houden en geven ook daardoor ons systeem minder de kans zich door iets banaals op de kast te laten jagen. Zo trainen we ons om gevoeliger afgesteld te raken, zonder direct in de kramp van een overlevingsreactie te schieten.
Zo zorgen we er door het mediteren dus voor dat we minder snel vast komen te zitten in te hoog oplopende stressreacties, en helpt een dagelijkse meditatiepraktijk ook om de ontvankelijke staat van ‘het systeem in rust’ stabieler te maken. We zijn open, gevoelig, aanwezig en beschikbaar en kunnen juist daarom het leven voluit beleven.
We zijn minder vast komen te zitten in onze voorgeprogrammeerde overlevingsreacties en hebben onszelf lichamelijk in de meest optimale conditie gebracht om flexibel te kunnen zijn.
Tijdens de eendaagse workshop Psychologische flexibiliteit komt niet alleen de werking van ons brein aan de orde, maar krijg je ook inzicht in andere factoren die daarin van belang zijn en worden je naast het mediteren oefeningen aangereikt die je flexibiliteit vergroten. Voor deelname is ervaring met zen of meditatie niet noodzakelijk, wel aanbevolen.
Voor meer informatie en aanmelding voor de workshop:
www.zen.nl/cursussen/workshops/psychologische-flexibiliteit
Eerst leren mediteren? Doe deze of volgende week een proefles bij jou in de buurt, zie:
https://www.zen.nl/in-de-buurt/