Rizzuto Bergen en rivieren


Kritiek op Rizzuto



Enige tijd geleden hield de filosoof Giovanni Rizutto, tijdens een bijeenkomst voor zenleraren-in-opleiding, een boeiende lezing over zijn boek Bergen en rivieren. Naar aanleiding daarvan nodigde Rients de aanwezigen uit een samenvatting van of beschouwing over het boek te schrijven. Zeven mensen gaven aan die oproep gehoor. De beste inzending zou in juni bekend worden gemaakt. Alle inzendingen waren van hoge kwaliteit. Die van Henriette Broekema werd door Rizutto als de beste beschouwd. Dit is opmerkelijk, omdat Henriette haar samenvatting als enige afsluit met een boeiende dosis kritiek op het boek. In de loop van de zomer worden ook de overige inzendingen in Zen Actueel gepubliceerd. Met onze felicitaties voor Henriette Broekema, die overigens ook zelf schrijfster is.

Henriette Broekema Zen.nl

Bergen en rivieren. Filosofische meditaties naar aanleiding van een koan

De titel van het boek van Rizzuto verwijst naar een koan van Ching-yan Wei-shin die terugkijkt op zijn spirituele ontwikkeling.

Dertig jaar geleden, voordat ik de studie van Zen begon
zei ik: 'Bergen zijn bergen, rivieren zijn rivieren.'

Nadat ik inzicht had verkregen in de waarheid van Zen
door het onderricht van een goede meester, zei ik: 'Bergen
zijn geen bergen, rivieren zijn geen rivieren.

Maar nu, nu ik de plaats van uiteindelijke rust bereikt
heb, zeg ik: 'Bergen zijn werkelijk bergen en rivieren
zijn werkelijk rivieren.'

Denk je dat deze drie opvattingen hetzelfde zijn of verschillend?'


Stap voor stap onderzoekt Rizzuto de betekenis van elke fase waar de koan over spreekt. Allereerst zijn bergen bergen en rivieren rivieren, zij vallen volledig met zichzelf samen. Maar de mens is zich bewust van het feit dat hij zelf nooit volledig met zichzelf samenvalt, hij heeft zelfbewustzijn, hij is tegelijk subject en object, waarnemer en waargenomene. Volgens de auteur is deze breuk tussen mens en natuur sinds de Renaissance en vooral met de komst van de moderne wetenschap alleen maar groter geworden. De mens kan zich alleen maar tot de wereld verhouden door deze te onderwerpen en naar zijn eigen behoeften om te vormen. Zelfs het object van onze primaire behoeften ligt niet klaar om te worden geconsumeerd, want wij bereiden ons eten door het te koken, we bouwen huizen, en regelen het sociale leven met taboes en geboden. Maar we zijn ondertussen wel slaaf geworden van deze mentaliteit. We jagen voortdurend achter de objecten aan, we willen steeds meer en zijn nooit tevreden. We hopen uiteindelijk permanente zekerheid te bereiken en ons ego te bestendigen, maar in werkelijkheid verbinden we hiermee ons lot aan een kortstondige illusie. Dit inzicht leidt dan tot de tweede fase van de koan. Bergen zijn geen bergen, rivieren zijn geen rivieren. Er is helemaal geen permanente, statische wereld. De berg zal uiteindelijk net als de rivier veranderen, terwijl omgekeerd de stromende rivier de kracht van een berg lijkt te hebben.
         In de tweede fase leidt de transcendente ervaring tot de overtuiging dat de wereld een teken of signatuur van iets hogers is. Dit hogere is onzegbaar en kan alleen via een ander medium, zoals literatuur, poëzie of beeldende kunst worden uitgedrukt. Uiteindelijk leidt de mystieke ervaring tot de bron van al deze manifestaties, wat in de zentraditie de ervaring van de leegte of sunyata wordt genoemd. Die beleving wordt wel 'wilde mystiek' (la mystique sauvage, Hulin) genoemd. Volgens de Japanse geleerde Izutsu gaat het om twee tegengestelde aspecten: Externalization of the Internal en Internalization of the External. In het eerste geval is er sprake van ego-verlies en eenwording met de objectieve werkelijkheid, in het tweede geval expandeert het ego, waardoor het besef doordringt dat de wereld een 'subjectief' karakter heeft en niet daar 'buiten' maar hier 'binnen'' is. Meestal geeft deze beleving een groot gevoel van vreugde en zingevend karakter. Maar er zijn ook negatieve varianten mogelijk, die angst of zelfs walging (Sartre) oproepen. Dit komt volgens Rizzuto door alle verwarring die ontstaat door de dubbelzinnigheid van het begrip 'leegte'. Meditatie heeft in alle spirituele tradities als doel de mens leeg te maken van zichzelf en het andere. Wanneer dit lukt, zal er een moment komen van volledig verlies van wat men tot dan toe als werkelijk beschouwde. Dit is wat Hakuin de 'Grote Twijfel' noemde. Maar dan komt een kantelmoment, waarna de leegte of het niets wordt 'opgevuld'. De leegte blijkt een teken dat achterblijft, zoals een voetafdruk of een geul van de rivier in het zand.
         De verlichtingservaring is echter niet de laatste fase van de mystieke weg. Dat wordt in de koan beschreven als het inzicht dat bergen werkelijk bergen en rivieren werkelijk rivieren blijken te zijn. In de derde fase zal deze ervaring een plaats moeten krijgen in de alledaagse werkelijkheid. Dat kan volgens Rizzuto op verschillende manieren. Bijvoorbeeld door in deze wereld de eenheid en veelheid, of nirvana en samsara, volledig samen te laten vallen. Om dit te doorgronden volgt Rizzuto de zenmeester Dogen. Hij leert dat er geen kloof tussen transcendentie en dagelijks leven is. In het tweede stadium ging de veelheid op in de eenheid, maar dat doet volgens Dogen geen recht aan de niet-reduceerbare werkelijkheid van zowel eenheid als veelheid. Beide standpunten zijn waar. Eenheid en veelheid bestaan samen.

Een tweede manier om de verlichtingservaring in het hier en nu een plaats geven is in het ethisch handelen, in de ontmoeting met de ander die een beroep op ons doet omdat hij hulpbehoevend is.
         Dan komen we aan bij de kernvraag die de koan ons voorlegt: 'Denk je dat deze drie opvattingen hetzelfde zijn of verschillend?' We kunnen volgens Rizzuto op talloze manieren naar de werkelijkheid kijken. Hij illustreert dit aan de hand van het beeld van een vijver, waarin we op verschillende manieren een steen gooien. Telkens veroorzaken ze andere golven. Dát de golven op ons toe komen en de manier waarop ze dit doen is een direct gevolg van de in het water geworpen steen. Maar hoe gevarieerd de golfpatronen ook zijn, het blijven altijd de rimpelingen en golven van dezelfde vijver. Het is deze open ruimte die we volgens Rizzuto moeten koesteren, omdat die het mogelijk maakt dat subject en object überhaupt met elkaar bemiddeld kunnen worden. Zij maken immers allemaal deel uit van dezelfde open ruimte. De golfpatronen zijn waar voor zover ze de golven zijn van het vijverwater, ze zijn onwaar wanneer ze los van de vijver worden gedacht. En daarmee geeft Rizzuto ook antwoord op de koan. De drie opvattingen zijn elk op hun eigen wijze waar, ze zijn verschillend en hetzelfde, elk onderscheid is slechts een illusie.

Commentaar
Ik vond het leuk om met dit boek kennis te maken. Het heeft mij veel stof tot nadenken gegeven. Maar het verbaast met wel dat Zen.nl dit boek heeft uitgekozen voor een schrijfwedstrijd. Wat mij in zen en in de boeken van Rients zo aanspreekt is de volstrekt a-religieuze strekking ervan. Ik heb echter de indruk dat Rizzuto de religie door een achterdeur weer naar binnen haalt. Ook bij Rizzuto's nogal christelijke formulering van de ware ethiek, die voorschrijft dat je de ander die een beroep op ons doet helpt omdat hij hulpbehoevend is, vallen wel wat vraagtekens te plaatsen. Terwijl zen je iedere keer bij de kladden neemt als je op het kussen weer oeverloos begint te freewheelen, omdat dit altijd een vlucht uit hier en nu betekent, is de mysticus juist op zoek naar zo'n spectaculaire transcendente ervaring.

Rizzuto pleit voor een volwaardige plek van het mystieke denken, die volgens hem een eigen visie op de wereld genereert en evenveel bestaansrecht heeft naast andere visies op de wereld, zoals die van de moderne wetenschap en filosofie. Elke benadering hanteert zijn eigen model en komt zo tot andere inzichten, aldus Rizzuto. Daar zou op zich geen bezwaar tegen zijn, maar Rizzuto kent de mystieke ervaring een eigen realiteit toe, die alleen buiten en boven onze zintuigen en rationeel denkvermogen kenbaar is. Volgens hem bestaat er een sacrale werkelijkheid, een 'iets' dat zich onttrekt aan elke empirische of kennistheoretische controle. Dit 'iets' kunnen we alleen ervaren door ons er voor open te stellen en ons ermee te verbinden. Het is daarom geen wonder dat Rizzuto de moderne wetenschap wantrouwt, omdat die harde eisen stelt aan elke bewering die over de werkelijkheid wordt gedaan.

Inderdaad, wetenschap kan geen antwoord geven op alle vragen, zoals de vraag naar de zin van ons bestaan. Daar hebben we de filosofie voor. En we hebben de kunst waar we ons schoonheidsgevoel aan kunnen laven en die ons confronteert met het verbijsterende raadsel van ons bestaan. Veel mensen die van zichzelf zeggen niet religieus te zijn, beweren niettemin dat er wel 'iets' is. Ik geef de voorkeur aan zen, die ons telkens weer met de neus op het feit drukt, dat buiten dit moment er helemaal niets is.

Bergen en rivieren. Filosofische meditaties naar aanleiding van een koan
Rizzuto