Ben ik een draak?


Column


Ben ik een draak?



Ik had een droom over twee draken. Een zachtaardige draak die zijn laatste krachten opofferde voor het redden van de mens en een krachtige draak die alles verwoestte wat op zijn pad kwam. In mijn droom identificeerde ik mezelf met de liefdevolle draak, terwijl ik de agressieve draak ervoer als een vijand waarvoor ik op de vlucht moest slaan. Waar de ene draak steeds zwakker werd, nam de andere steeds in kracht toe.

In de zendo praten we regelmatig over polariteiten; vandaag gaat het over liefde en haat. De zenleraar legt uit dat ze onafscheidelijk zijn: twee zijden van de medaille. Ik merk dat zijn woorden ‘Je kunt niet liefhebben zonder te haten’ een diepgewortelde weerstand bij mij oproepen. Ze lijken loodrecht te staan op mijn overtuiging dat mensen haten door gebrek aan liefde en niet juist door de aanwezigheid ervan.
         Als ik de zendo verlaat, blijft het verhaal over haat en liefde nog lang sluimeren in mijn hoofd. Een paar dagen later ontbrandt er weer eens een kleine machtstrijd tussen mij en mijn nogal eigenzinnige zesjarige dochter. Gewapend met een voor haar leeftijd iets te uitgebreide woordenschat en een ijzersterke eigen wil verkondigt ze dat ze vanaf nu niet meer naar me gaat luisteren en alles zelf gaat bepalen. Even lijkt mijn ouderlijk gezag uit balans gebracht, maar woede geeft mij snel mijn kracht terug. In het heetst van de strijd staan mijn dochter en ik tegenover elkaar als twee draken. Haar ogen spuwen vuur. Er komt rook uit mijn oren. En als ze haar kamerdeur voor mijn neus dichtslaat, hoor ik mezelf hardop denken: ‘Ik heb hier zo’n hekel aan! Ik haat het zo als ze dit doet!’
         Opeens snap ik wat mijn zenleraar bedoelde en realiseer ik me hoe haat en liefde met elkaar zijn verweven. Hoe ik die tegenpolen dus tegelijkertijd kan ervaren.

De droom over de draken zet mij opnieuw aan het denken. Misschien ben ik wel beide draken, de boze én de zachtaardige. De sterke én de kwetsbare. Zou de ene draak misschien zo verzwakt zijn, doordat hij alles alleen wilde doen, ervan overtuigd dat er alleen plaats is voor liefde? Maar kan de ene wel leven zonder de andere? Want hoe kan er kracht bestaan zonder kwetsbaarheid? Hoe kan moed bestaan zonder angst? Hoe kan er liefde bestaan zonder haat? Het is de hoogste tijd om mijn oude overtuiging los te laten. De twee draken zijn een, zonder oordeel een absoluut geheel. Ook een lieve draak spuugt af en toe vuur.

Marleen Noordergraaf